Sociale media

Open the menu

“Al mijn herinneringen zijn in Mosoel gebleven”

Country
Irak

Tot twee jaar geleden werkte Baroj als gespecialiseerd verpleegkundige op de afdeling intensieve zorg van het Salam-ziekenhuis in Mosoel, in Irak. Maar toen IS de stad veroverde in juni 2014, vluchtte hij met zijn familie naar het noordelijker gelegen Dohuk. Nu is hij assistent-coördinator van ons project in Ninewa, ook in Irak.

Getuigenis van verpleegkundige Baroj, gevlucht uit Mosoel, Irak, voor IS

“Mosoel verlaten was één van de zwaarste beslissingen uit mijn leven. Het betekende alles achterlaten: mijn vrienden, mijn werk, de stad waar ik geboren was, mijn leven daar, en zelfs mijn herinneringen.

In 2013 werd ik geselecteerd voor een opleiding in het Engelse Sheffield Halam Ziekenhuis. Maar er gingen maanden voorbij, en ik kreeg mijn visum maar niet. Precies een week voor IS Mosoel binnenviel, kreeg ik te horen dat mijn visumaanvraag definitief verworpen was.

Vluchten voor IS

Dat was begin juni. Er was een avondklok afgekondigd en ik zat thuis vast. De volgende ochtend belde mijn baas me, om toch te komen werken. Hij zei dat hij een ambulance zou sturen om me op te pikken. Want een ziekenhuis moet blijven draaien, ook al is het oorlog .

Enkele dagen later werd ik midden in de nacht wakker van lawaai op straat. Iedereen was buiten en mensen vertelden dat IS in de stad was binnengetrokken, zonder veel weerstand.

Mensen begonnen te vluchten. Ik wist niet wat te doen; ik werd verscheurd tussen de behoefte om mijn familie naar een veilige plaats te brengen, en mijn toewijding aan het ziekenhuis. Het was een erg onzekere periode. We wisten niet zeker wie de stad controleerde tot de volgende ochtend. Toen zagen we dat de legerbarakken leeg waren. De Iraakse militairen waren verdwenen.

Gsm’s zijn verboden

Dus besloten we te vertrekken. Mijn vrouw was zwanger van ons eerste kind en moest bijna bevallen. Dat zou in Dohuk moeten gebeuren.

Een tijdje hield ik contact met ons buren in Mosoel – totdat IS gsm’s verbood. Nu kunnen we alleen via Facebook communiceren, maar ook dan moeten we erg voorzichtig zijn. Ons huis werd geplunderd, dus hebben het gratis in bruikleen gegeven aan een vriend van mijn broer. 

We hebben geen nieuws van hen, maar ik veronderstel dat zijn familie er nog steeds woont, want anders zouden we dat wel gehoord hebben.

Buren op Facebook

Onlangs keek ik een beetje naar het nieuws op tv en op sociale media, en vroeg me af of ik iemand zou herkennen onder de duizenden vluchtelingen ten westen van Makhmour. En toen zag ik op Facebook opeens de foto van één van de buren waarmee ik het best bevriend was.

De vrouw – Sara, een weduwe van eind vijftig – stapte door een militaire zone en werd daarbij ondersteund door familieleden. Het was een opluchting om te zien dat ze veilig was, maar het deed ook pijn om zoveel lijden te zien. Ze was net een dochter verloren aan kanker, en had een zoon, die jarenlang mijn beste vriend was geweest.

Tranen in de ogen

Hij was een politieagent, was getrouwd en had twee kindjes. Maar toen IS onze stad innam, klopten twee jonge mannen op Sara’s deur. Ze vroegen om haar zoon. Toen ze hem riep en hij naar buiten kwam, schoten ze hem neer, voor haar ogen. Toen ze haar zoon wou vasthouden, duwden ze haar ruw aan de kant.

Ik toonde de Facebookpost aan mijn moeder, die Sara goed kende, en zag tranen in haar ogen komen.

Ik zou heel graag met Sara in contact komen, om te kijken of ik haar met iets kan helpen. Ik weet zeker dat ze alles heeft moet achterlaten toen ze gevlucht is.”

 

Meer dan 3 miljoen Irakezen op de vlucht

Het aantal mensen dat lijdt onder het conflict in Irak, blijft toenemen. 3,3 miljoen Irakezen zijn op de vlucht in eigen land, en dat betekent een bijkomende belasting van de gemeenschappen die hen opvangen. Bovendien verblijven in Iraaks Koerdistan nog eens 250.000 vluchtelingen uit Syrië.