Sociale media

  • NL
Open the menu

Internationale Vluchtelingendag 2011: Problematisch gebrek aan hulp voor vluchtelingen uit Libië


Meer dan 600.000 burgers zijn op de vlucht voor de oorlog in Libië, en ze vluchten naar overal: vooral naar buurlandenTunesië en Egypte, maar ook naar Niger en Tsjaad, en naar Italië. Op alle plaatsen verslechtert de situatie voor deze vluchtelingen.

© Mattia Insolera. Tunesië, 2011
© Mattia Insolera. Tunesië, 2011


De overgrote meerderheid van de vluchtelingen krijgt geen bescherming en nauwelijks hulp.Omte ontsnappen aan de aan de moeilijke situatie, hebben sommigen geen andere keuze dan de gevaarlijke oversteek van de woestijn of de Middellandse zee te wagen. Maar aan beide kanten van de Middellandse zee verslechtert de situatie snel.

In Tunesië

Libische vluchtelingen worden in Tunesië voornamelijk opgevangen door de lokale gemeenschappen. In het Tunesische district Tataouine alleen zitten 60.000 Libiërs, en slechts 1.500 van hen wonen in vluchtelingenkampen. De rest heeft onderdak gevonden bij gastfamilies. Het betekent een verdubbeling van de bevolking, met zware druk op de lokale diensten als gevolg. Ziekenhuizen zien plots dubbel zoveel patiënten als normaal.

Tegelijk zitten zo’n 4.000 vluchtelingen, voornamelijk afkomstig uit landen bezuiden deSahara, vast in een kamp aan de Libisch-Tunesische grensovergang Ras Jdir. Door de onveilige situatie in hun thuislanden kunnen ze niet gerepatrieerd worden; hun toekomst is erg onzeker. In het grenskamp Sousha vertellen patiënten van Artsen Zonder Grenzen hoe ze in Libië mishandeld werden en hoe ze ook in Tunesië slachtoffer zijn van geweld.

In Italië

Zo’n 15.000 vluchtelingen, opnieuw voornamelijk uit landen bezuiden deSahara, hebben de gevaarlijke oversteek van de Middellandse Zee naar Italië overleefd. Honderden anderen zijn op zee verdronken. De opvang van deze bootvluchtelingen in Italië is echter ontoereikend.

De opvangomstandigheden verslechteren verder en asielzoekers moeten maanden in de overbevolkte centra verblijven. Officieel kunnen zij een asielaanvraag indienen, maar de procedures verlopen erg langzaam. Heel wat vluchtelingen hebben geleden onder het geweld in Libië of zijn er zelfs gefolterd. Er is dring nood aan betere opvang, waaronder psychologische hulp voor de meest kwetsbare mensen.

Dringend nood aan betere opvang

De oorlog blijft duren en honderden vluchtelingen blijven de grens overstreken. De huidige situatie zal blijven verslechteren als er niets gebeurt. Artsen Zonder Grenzen vraagt nog maar eens, zowel aan de oorlogsvoerende partijen als aan de internationale gemeenschap, om voor de vluchtelingen een goede opvang, bescherming en hulp te garanderen.

Overheden die ten oorlog zijn getrokken om de Libische bevolking te beschermen, moeten de Libische burgers ook beschermen wanneer zij voor die oorlog op de vlucht slaan. Dat kan door de garantie te bieden dat zij niet uit Europa uitgewezen zullen worden naar een oorlogsgebied en dat zij toegang krijgen tot asielprocedures.

Artsen Zonder Grenzen werkt in Libië sinds 25 februari. Op dit moment zijn we actief in de steden Misrata,Benghazi, Zintan en Yefren, en verder in vluchtelingenkampen in Tunesië en op de Italiaanse eilanden Lampedusa en Sicilië. Ons verzoek om ook in door de regering gecontroleerd gebied te kunnen werden, is tot nu toe afgewezen.

Lees ook ons rapport "Seeking Refuge, finding suffering" met getuigenissen van migranten op het Italiaanse eiland Lampedusa.