Nieuw geweld in Centraal-Afrikaanse Republiek: 150 gewonden, duizenden nieuwe vluchtelingen
Internationale troepen hebben gewapende rebellen proberen ontwapenen in Bangui, hoofdstad van Centraal-Afrikaanse Republiek. Dat heeft voor enkele dagen relatieve rust gezorgd, maar op 20 december braken eens te meer gevechten uit. Het geweld verergert de chronische humanitaire situatie die al jaren duurt in de Centraal-Afrikaanse Republiek.
In de projecten van Artsen Zonder Grenzen in Bangui zijn de voorbije vier dagen bijna 200 gewonden opgenomen. Opnieuw zijn duizenden mensen gevlucht naar kampen, waardoor de levensomstandigheden daar verder verslechteren.
De nieuwe geweld is het laatste incident in een reeks gevechten die begon op 5 december 2013. Toen werden 190 gewonden naar het stedelijk ziekenhuis gebracht, waar Artsen Zonder Grenzen momenteel noodhulp biedt.
“De dagen vóór 20 december zagen we minder patiënten, en vooral minder patiënten met schotwonden”, zegt Jessie Gaffric, projectcoördinator in het ziekenhuis. “Plots kwamen er op 20 december 49 patiënten met schotwonden binnen, en sindsdien zien we er zo elke dag een vijftiental.”
Meer en meer mensen ontvluchten hun huizen en zoeken veiligheid in de ontheemdenkampen rond de stad. Artsen Zonder Grenzen ziet daar een verdubbeling van het aantal patiënten met luchtwegeninfecties. In het veldhospitaal in de kampen rond de luchthaven van Bangui houden teams elke dag 450 raadplegingen. Zestien procent van de patiënten heeft een infectie aan de luchtwegen.
“De bevolking wordt ziek door een gebrek aan onderdak en andere hulp”, zegt Lindis Hurum, coördinator van het project. “Het is duidelijk dat de levensomstandigheden verslechteren. We blijven andere organisaties oproepen om hun inspanningen om hulp te verlenen in kampen te verhogen.”