Ebola: uitdelen van beschermingskits in Monrovia, Liberia
Het is vijf uur ‘s morgens. Twee voertuigen van Artsen Zonder Grenzen (AZG) rijden door de straten van Monrovia, de hoofdstad van Liberia, het land dat het zwaarst getroffen is door de ebola-epidemie in West-Afrika. Noley Smart en Emmanuel Tokpa, twee Liberiaanse medewerkers van AZG, doen in het donker hun dunne handschoenen aan. Deze morgen gaan zij in West Point, een van de krottenwijken van de Liberiaanse hoofdstad, zo’n 1.000 beschermings- en ontsmettingskits uitdelen aan gezinnen.
“We doen dat ’s ochtends vroeg om grote menigten te vermijden, waarbij mensen gaan zweten en lichamelijk contact onvermijdelijk wordt,” zegt Noley. “We gaan elke morgen op pad, wassen onze handen en laarzen voor we beginnen en proberen elk contact tussen de mensen te vermijden.”
De twee voertuigen parkeren bij een donker pakhuis. Binnen liggen de stapels beschermings- en ontsmettingskits die ze aan honderden gezinnen zullen uitdelen. Sinds september zijn er al ruim 50.000 kits verspreid, en AZG hoopt de komende weken in totaal 70.000 kits uit te delen en 245.000 mensen te bereiken. Met de kits – die materialen als chloor, zeep en beschermende kledij bevatten – kunnen mensen zichzelf beschermen wanneer een familielid ziek wordt en niet naar een medisch centrum kan worden gebracht.
Verloop van de distributie
De emmers worden op een tafel gezet en mensen komen ze in groepjes van tien ophalen. Noley, Emmanuel en de rest van het team hebben een circuit opgezet: de mensen komen binnen vanaf het voetbalveld en vormen een rij. Vervolgens gaan ze terug naar buiten aan de straatkant. “Het is lichamelijk behoorlijk zwaar,” aldus Emmanuel. “Je moet alles tegelijk doen: de kits uitdelen, de mensen uitleg geven én ze vragen snel door te lopen.”
Maar het eerste contact tussen AZG en de gemeenschap vindt al eerder plaats. Twee dagen vóór een geplande distributie komen een team langs om een video te tonen die uitlegt hoe de distributie zal verlopen en wat het doel ervan is. Zij vertellen de mensen dat de beschermingskit niet dient om medische zorg te verstrekken – het is een noodoplossing voor gezinnen die thuis iemand met symptomen hebben, en voor diegenen die hun huis moeten ontsmetten als er een familielid overleden is.
Dit is een onvolmaakte oplossing in een verre van ideale situatie.”
“Normaal gesproken zouden ambulances iedereen moeten oppikken die het noodnummer belt, maar de dienst werkt niet goed,” aldus Anna Halford, die de distributies coördineert. “En eigenlijk zou niemand zonder hulp zijn huis moeten ontsmetten, maar helaas gebeurt dat wel. Dit is dus een onvolmaakte oplossing in een verre van ideale situatie.”
Door de tot nu toe zwakke internationale reactie op de epidemie zijn tal van grote lacunes ontstaan. Het is niet enkel een tekort aan bedden. In Monrovia kan het ambulancesysteem de situatie niet aan en taxichauffeurs weigeren vaak passagiers die symptomen vertonen. Contacten worden nog niet systematisch getraceerd en de omgang met lijken blijft problematisch.
Begrafenissen, medische instellingen en besmette huizen
Ebola wordt het vaakst overgedragen bij begrafenissen, in slecht voorbereide medische centra en in huizen van mensen die besmet zijn en symptomen vertonen. Het virus kan hele gezinnen uitroeien, en de distributie van die kits is een poging om dit te voorkomen.
“Ik was goed bevriend met één van mijn buren. Maar toen kreeg ze ebola,” vertelt Emmanuel. “Haar vriend, vader en moeder kregen het van haar. Alleen haar vader overleefde het. Dat is één van de redenen waarom ik hier ben.”
De zon komt op en de teams laten de nacht en de 1.000 uitgedeelde kits in West Point achter zich. De voertuigen banen zich een weg door de mensenmassa op de markt, waar het al bijzonder druk is.
“Als je voor AZG werkt, wijzen mensen op straat naar je alsof jij ook ebola hebt,” vertelt Emmanuel terwijl hij uit het raam staart. “Ze zijn bang – het is een stigma. Maar voor mij is het dat niet. Het is eerder iets om trots op te zijn. Ik ben trots dat ik meevecht tegen ebola.”