Sociale media

  • NL
Open the menu

Wereldaidsdag 2014: Patiënten willen én kunnen meer verantwoordelijkheid krijgen


De inschakeling van organisaties en gemeenschappen van hiv/aidspatiënten heeft de voorbije jaren onmiskenbaar een erg positieve impact gehad in de strijd tegen de ziekte. Toch staat deze aanpak onder druk: enerzijds omdat overheden hun aanpak weigeren aan te passen aan dit nieuwe succesmodel, anderzijds omdat de patiëntenorganisaties onvoldoende financiering vinden.

Artsen Zonder Grenzen heeft samen met andere organisaties strategieën uitgewerkt om behandelingen dichter bij de woonplaats van hiv-patiënten te kunnen aanbieden. In die modellen krijgen patiënten en hun gemeenschappen een veel grotere verantwoordelijkheid. De praktijk wijst uit dat patiënten de behandeling zo beter kunnen volhouden.

Volgens verschillende modellen in onder meer Zuid-Afrika en Malawi bereikt de therapietrouw zelfs meer dan 90%. Ook in landen waar het virus maar moeilijk onder controle geraakt, zoals Congo en Guinee, leverden proefprojecten al erg positieve resultaten op.

Maar die strategieën krijgen nog niet op voldoende steun. Zo krijgt het niet-medisch personeel in de strijd tegen hiv vaak nog te weinig erkenning en middelen, legt een aantal strenge wettelijke beperkingen de voordelen van deze strategieën sterk aan banden, en willen overheden nog onvoldoende bevoegdheden uit handen geven om hiv-patiënten in staat te stellen hun ziekte zelf onder controle te houden. Daardoor blijven de patiënten aangewezen op gezondheidscentra en zijn geneesmiddelen en hiv-tests vaak nog niet beschikbaar binnen gemeenschappen zelf.

Ik gebruik al 10 jaar aidsremmers. Ik wil nog 40 jaar leven en daarvoor moet ik makkelijk toegang hebben tot de behandeling"

“De invoering van gemeenschapsgerichte modellen vereist de volle medewerking van organisaties en de gemeenschappen van hiv-patiënten. Die organisaties moeten het echter met steeds minder middelen stellen,” bevestigt Amanda Banda, die de advocacy-activiteiten van Artsen Zonder Grenzen rond hiv/aids coördineert.

In Zuid-Afrika bijvoorbeeld, staat de grootste activistenorganisatie van het land voor een financiële crisis die wel eens een einde zou kunnen maken aan haar 15-jarig bestaan. Uit gegevens van UNAIDS blijkt dat 59 % van de ngo’s die strijden tegen hiv en voor de mensenrechten het in 2012 met minder financiering moest doen.

Het zorgsysteem en de organisatie van diensten moeten een reële steun zijn voor de patiënten, geen beperking. Artsen Zonder Grenzen roept de overheden op hun aanpak van hiv/aids af te stemmen op de behoeften van hun met hiv besmette inwoners, en vraagt de internationale partners om deze vernieuwende strategieën proactief en systematisch te steunen, ook financieel.

Artsen Zonder Grenzen staat momenteel in voor de behandeling van 341.600 hiv-patiënten verspreid over 20 landen. Van de 35 miljoen personen die aan hiv/aids lijden, leeft 71 % in zwart Afrika.