Sociale media

Open the menu

We bereiden onze noodhulp voor in de stad Odessa: “Iedereen bereidt zich hier voor op het ergste"

Carla Melki, noodhulpcoördinator van Artsen Zonder Grenzen is net terug uit de havenstad Odessa in het zuiden van Oekraïne. Daar maakte zij deel uit van een team dat de situatie ter plekke heeft geëvalueerd. Vanuit Moldavië, een buurland waarheen vluchtelingen vluchten, praat ze over de gevolgen van het Russische offensief en wat de prioriteiten zijn voor onze interventie.

ukraine odessa
Een blik vanuit de auto op de stad Odessa, momenteel nog relatief rustig © AZG, 7 maart 2022

Hoe is de situatie in Odessa?

Een deel van de bevolking is de stad ontvlucht naar de Moldavische grens. Degenen die zijn gebleven, verplaatsen zich niet veel. Dat is ook niet eenvoudig door de vele controleposten van de Oekraïense veiligheidstroepen in de stad. ‘s Nachts is er een avondklok en meerdere malen per dag klinken er sirenes. Terwijl wij er waren, hoorden wij in de verte verschillende explosies, maar wij wisten niet wat de oorzaak daarvan was of waar ze vandaan kwamen.

De meeste winkels zijn gesloten, de verkoop van alcohol is verboden, brandstof is gerantsoeneerd en geld afhalen is beperkt.

De stad bereidt zich duidelijk voor op een aanval en een belegering. Met bijna een miljoen inwoners is Odessa de op twee na grootste stad van Oekraïne. Het is ook de thuisbasis van een van de meest strategische havens van het land. Niemand maakt zich dus illusies over wat er gaat gebeuren. Iedereen bereidt zich voor op het ergste.

wat plant Artsen Zonder Grenzen in odessa?

In Odessa concentreren wij ons op twee prioriteiten. Ten eerste zullen we helpen bij de voorbereiding van ziekenhuizen om de gewonden te verzorgen. We denken dat we kunnen zorgen voor opleiding, steun bij triage en stabilisatie van patiënten. Wij overwegen ook om te helpen bij het opzetten van geavanceerde medische posten - kleine eerstehulpposten die eerste hulp kunnen verlenen aan de gewonden, voordat zij naar ziekenhuizen worden vervoerd.

Ten tweede zijn we van plan te helpen met de levering van medicijnen om tekorten te voorkomen. Na de eerste donatie van medicijnen gisteren, zullen in de komende dagen andere donaties volgen. Dit is vooral te danken aan een partnerschap met Zidebine, een Roemeense ngo die ons helpt bij de aankoop en levering van geneesmiddelen aan Oekraïne.

Hoe dan ook, we weten niet hoeveel tijd ons nog rest voordat de stad wordt aangevallen. We proberen zoveel mogelijk dingen op te zetten, nu het nog kan. Het is een race tegen de klok.

Hoe bereidt de gezondheidszorg van de stad zich voor op het Russische offensief?

We hebben de ziekenhuizen bezocht die zijn aangewezen om gewonde burgers op te vangen. Dat zijn grote ziekenhuizen, van goede kwaliteit, goed uitgerust, maar ze zijn niet gewend aan een massale toestroom van oorlogsgewonden. Het is alsof de ziekenhuizen in België, zich zouden voorbereiden op het beoefenen van de oorlogsgeneeskunde... Het is heel moeilijk om dit facet van de geneeskunde theoretisch te benaderen; je moet praktijkervaring hebben.

De overgrote meerderheid van het gezondheidspersoneel is echter nog aanwezig en is niet van plan te vertrekken. Iedereen werkt hard en is vastbesloten om het hoofd boven water te houden, wat er ook gebeurt.

Moeten we bang zijn voor een tekort aan geneesmiddelen?

Het gezondheidszorgsysteem is al verstoord door de oorlog, en de gevolgen zijn al voelbaar in de toeleveringsketens. Zo is bijvoorbeeld de levering van warme maaltijden voor ziekenhuispatiënten verstoord. Door de gevechten konden geen leveringen plaatsvinden vanuit de stad Mykolaiv, waar zij normaal gesproken worden bereid. Als gevolg daarvan vragen wij ons af of wij de ziekenhuizen moeten steunen door kant-en-klaarmaaltijden voor patiënten te verstrekken.

Er begint ook een tekort te ontstaan aan bepaalde geneesmiddelen, die niet via de gebruikelijke kanalen kunnen worden besteld omdat het centrale niveau niet langer in staat is het hele land te bevoorraden. Elke regio of grote stad probeert alternatieven te vinden. Wij helpen daarbij; een eerste donatie van medicijnen en medische apparatuur uit Roemenië is gisteren (zondag 6 maart) in Odessa aangekomen, en wij hopen een deel ervan aan ziekenhuizen in Mykolaiv te kunnen doneren. Maar het is duidelijk dat het gebrek aan medicijnen en apparatuur in het hele land nu al een enorm probleem is, en de situatie zal alleen maar verergeren.

Afgezien van de directe gevolgen van de oorlog, zullen de gevolgen voor patiënten die aan chronische ziekten lijden - kanker of diabetes bijvoorbeeld - waarschijnlijk rampzalig zijn.

Hoe is de situatie aan de Moldavische grens?

Volgens de Moldavische autoriteiten zijn er al ongeveer 120.000 vluchtelingen uit Oekraïne in het land aangekomen. Voor inwoners van de regio Odessa is de dichtstbijzijnde grensovergang Palanca, op ongeveer twee uur rijden van de stad. Maar momenteel duurt het soms meer dan 24 uur om de grens over te steken. Bij de grenspost scheiden de Moldavische autoriteiten hun landgenoten van de andere nationaliteiten, maar iedereen wordt doorgelaten.

De rijksten zijn met de auto gereisd, terwijl vele anderen met de bus en de trein zijn gevlucht. De overgrote meerderheid bestaat uit vrouwen en kinderen. In de buurt van de grens zijn files van enkele kilometers ontstaan. Veel mensen kiezen ervoor om de laatste kilometers te voet af te leggen. Het is erg koud. Naast vermoeidheid en angst, lijden sommige mensen aan de gevolgen van onbehandelde chronische ziekten.

Eenmaal bij de grens aangekomen, hebben de mensen vaak onmiddellijk verzorging nodig. Wij zijn van plan om in samenwerking met het Moldavische Ministerie van Volksgezondheid een gezondheidspost op te zetten, zodat eerste hulp kan worden verleend in een veilige en warme omgeving. Aan de Moldavische kant van de grens hebben de autoriteiten opvangruimtes ingericht, omdat het vaak enkele uren duurt voordat vluchtelingen vervoer vinden naar de hoofdstad Chișinău en verder. Ook hier zijn we van plan een opvangcentrum op te zetten om psychologische en sociale bijstand te verlenen, vooral aan de meest kwetsbare en fragiele mensen.