Voedselcrisis in het noorden
"Als je groene landschap hier ziet, vraag je je af hoe het kan dat de mensen hier verhongeren? Maar is de aarde dor is en de droogte heeft al de landbouwgrond onvruchtbaar gemaakt.”
Félix Tran, coördinator van Artsen Zonder Grenzen in de provincie Kirundo, zegt dat het slechts één keer heeft geregend in drie weken. Terwijl het nu, in het regenseizoen, normaal elke dag zou moeten regenen.
Er wonen zo’n 560.000 mensen in Kirundo, voornamelijk landbouwers. In december gingen de oogsten verloren omwille van een gebrek aan regen. Dat is de oorzaak van de huidige voedselcrisis. Meer en meer kinderen zijn ondervoed. Duizenden mensen zijn al gevlucht naar Rwanda, Oeganda en Tanzania, op zoek naar voedsel.
Artsen Zonder Grenzen lanceerde deze noodinterventie op 4 februari. De teams lapten eerst een stabilisatiecentrum in Kirundo op, zodat de elektriciteit en de watertoevoer opnieuw operationeel waren. In dit centrum worden ernstig ondervoede kinderen met medische complicaties 24uur op 24 opgevolgd.
“Er waren 40 bedden in het stabilisatiecentrum. Na één week hadden we al 45 ernstig ondervoede kinderen opgenomen. Onze tweede uitdaging was dus om de capaciteit uit te breiden naar een honderdtal bedden”, zegt Félix Tran.
Kritieke toestand
Vandaag, twee weken na de start van de activiteiten, zijn in totaal 95 ernstig ondervoede kinderen opgevangen, waarvan er 62 gehospitaliseerd blijven. Anne Khoudiacoff, verpleegster voor Artsen Zonder Grenzen, legt uit dat sommige kinderen in kritieke toestand aankwamen. “Het is vaak erg moeilijk om daarmee om te gaan”, zegt ze. “Ze hebben beide klinische vormen van ondervoeding: marasme en kwashiorkor. Kinderen met marasme zijn extreem dun. Van kwashiorkor daarentegen gaan kinderen helemaal opzwellen”. Sinds het begin van het programma zijn zes kinderen overleden.
Ondervoede kinderen zonder medische complicaties worden opgevolgd in één van de 21 voedingscentra. Elke week krijgen ze daar een portie therapeutische voeding, en maïs en soja voor hun familie. Tot nu toe werden al 2.000 kinderen opgenomen in dit programma.
Een mobiel team van Artsen Zonder Grenzen bezoekt al deze centra om de voorraden therapeutische voeding bij te vullen, en de patiënten op te volgen. De meest ernstige gevallen – kinderen met medische complicaties – worden doorverwezen naar het stabilisatiecentrum in Kirundo. “Als we ze niet gaan zoeken, bestaat het risico dat deze kinderen sterven”, voegt Anne Khoudiacoff eraan toe.
“Mensen beginnen te panikeren”
"We merken dat mensen echt beginnen te panikeren”, zegt Félix Tran. “Een slechte oogst in december veroorzaakte de huidige crisis. Weinig regen in februari betekent een ramp. Iedereen hier beseft dat de situatie ernstig is.”
Artsen Zonder Grenzen breidt de hulpacties uit. Enerzijds om meer mensen te bereiken, anderzijds om zo te voorkomen dat patiënten die uit het stabilisatiecentrum vertrekken, opnieuw ondervoed worden.
Als de regen eindelijk valt, zal in Kirundo pas opnieuw in mei geoogst kunnen worden. “Als we hier een maand later waren aangekomen, zouden al vele kinderen gestorven zijn,” verzekert Anne Khoudiacoff. “We voelen dat dit het begin van de crisis is. Door snel genoeg te reageren, maken we een echt verschil”.