Rebellen vallen stad in oosten van Tsjaad aan

Op zaterdag 14 juni vonden hevige gevechten plaats in Goz-Beïda, een stadje in het oosten van Tsjaad. Een team van Artsen Zonder Grenzen, bestaande uit een arts, een chirurg en twee verpleegkundigen, behandelde 27 gewonden in het plaatselijke ziekenhuis. Onder hen waren vijf burgerslachtoffers, waarvan één het niet overleefde. Het merendeel van de slachtoffers had schotwonden.

In de omgeving van Goz-Beïda bevinden zich diverse kampen met in totaal rond de 40.000 Tsjadiërs die eerder al waren gevlucht voor confrontaties. Voor zover beoordeeld kan worden, zijn zij niet door de gevechten getroffen. Een direct gevolg van de gevechten is echter dat organisaties - waaronder AZG – hun werk in de kampen de komende dagen moeten stilleggen.

AZG-landverantwoordelijke Karline Kleijer vanuit Tsjaad: “De situatie is gespannen. De rebellen bevinden zich ergens in de bossen en niemand weet wat hun plannen zijn. De geruchten gaan over en weer en er wordt nog steeds gevochten in het oosten van het land. Mensen zijn erg bang en raken snel in paniek.”

De meeste hulporganisaties hebben hun personeel geëvacueerd. Karline: “Wij willen zolang mogelijk blijven en de bevolking bijstaan, want daarom zijn we hier. We brengen onze teams wel voorlopig terug, maar wel zo dat we gewonden kunnen blijven behandelen. Er is een constante dreiging dat gevechten opnieuw zullen uitbreken: vanwege lokale spanningen of doordat rebellen aanvallen. Wij willen de bevolking helpen met medische zorg en het behandelen van ondervoede kinderen.”

In het oosten van Tsjaad heeft toenemend geweld ertoe geleid dat mensen massaal op de vlucht zijn geslagen. Aan het eind van 2007 leefden meer dan 180.000 gevluchte Tsjadiërs in kampen en op andere locaties. Ondanks de onveiligheid is AZG erin geslaagd haar hulp uit te breiden. Onze teams bieden basis- en specialistische gezondheidszorg, zorgen voor drinkwater en delen voedsel en hulpgoederen uit.