Sociale media

  • NL
Open the menu

Malaria-epidemie in Burundi: nooit geziene toevloed van zieken


Minstens zestien provincies van Burundi worden momenteel getroffen door een malaria-epidemie van nooit geziene omvang. In november werden 72.000 gevallen geregistreerd in heel het land, waarvan 60.345 nieuwe gevallen in de provincie Kayanza (op een bevolking van ca. 510.000) waarvan meer dan 46.000 gevallen alleen al in de sector van Musema, het ergst getroffen gebied van de provincie. In deze zone werden 31.000 gevallen geregistreerd in oktober en 15.000 in september. Het dodenaantal is ontrustbarend. Een onderzoek dat werd gedaan van 13 oktober tot 6 december 2000 toonde aan dat het sterftecijfer opliep tot 3,8 per 10.000 personen per dag voor kinderen onder de vijf jaar, hetgeen boven de drempel van 2/10.000/dag ligt die reeds een zeer ernstige situatie aanduidt. Men schat dat meer dan duizend personen tijdens deze periode overleden aan malaria, waarvan de helft kinderen onder de vijf jaar.

AZG treedt samen met de gezondsheidsautoriteiten van Burundi op in drie provincies die bijzonder erg door de epidemie worden getroffen: Kayanza, Ngozi en Karuzi, met een bevolking van zo'n 1.400.000 mensen. De teams stellen diagnoses, behandelen zieken, en zorgen voor de toevoer van medisch materiaal en medicijnen in 16 gezondheidscentra in deze provincies. "Om de Burundese verplegers en dokters te steunen, moeten onze teams een massale toestroom van mensen aankunnen die allen de symptomen van malaria vertonen", legt Colette Gadenne, AZG-landverantwoordelijke voor Burundi, uit. "Enkel in het centrum van Muhanga alleen al stromen elke dag zo'n 600 mensen toe. Het Burundese medische personeel is overstelpt en vele centra zitten zonder malariabestrijdingsgeneesmiddelen."
Sinds het begin van de epidemie zijn het bovendien vooral volwassenen die zich in de gezondheidscentra aanbieden. "Het is mogelijk dat vele kinderen overleden zijn door een gebrek aan vroegtijdige zorgen omdat de moeders hen in de dorpen hielden aangezien de gezondheidscentra te ver veraf liggen", zegt Colette Gadenne. Acht mobiele AZG teams werden opgericht. Zij zorgen voor een betere toegang tot de gezondheidszorgen in meer dan 20 sites in de provincies Kayanza, Ngozi en Karuzi. Elk team behandelt minstens 200 personen per dag. Een programma voor vector-bestrijding werd eveneens opgestart in de provincie Kayanza: verstuiving van insecticiden zullen in december in 9000 huizen op 27 heuvels uitgevoerd worden. Meer dan honderd medewerkers zullen hiervoor gemobiliseerd worden. Ook in de provincie Karuzi zullen verstuivingen worden uitgevoerd in 2.000 huizen en 15.000 muskietennetten, doordrenkt met insecticide, zullen er worden verdeeld.
Malaria kent een onrustbarende heropflakkering in Burundi, met ongeveer 2 miljoen gesignaleerde gevallen (op 6 miljoen inwoners) verleden jaar. Dit staat in schril contrast met amper 200.000 gevallen tien jaar geleden. De huidige epidemie komt voor in gebieden waar malaria slechts weinig tot matig endemisch is. De bevolking is er dus minder immuun voor, hetgeen de explosie verklaart en een zeer hoge mortaliteit met zich meebrengt. De ontwikkeling van moerasteelten heeft de verspreiding van de mug, die vector is van de ziekte, beïnvloedt. Het gebrek aan preventieve maatregelen, vooral de vector bestrijding, kunnen derhalve deze epidemie verklaren. Eveneens wordt gevreesd dat de parasiet die verantwoordelijk is voor de ziekte, resistent is geworden voor Chloroquine.
De therapeutische schema's die gebruikt worden zijn Chloroquine/Fansidar voor eenvoudige malaria en Quinine voor ernstige vormen van malaria. Artsen Zonder Grenzen vraagt de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en haar afdeling 'Roll Back Malaria' om een combinatietherapie op basis van Artemisine-derivaten te steunen. Deze combinatie zou een meer doeltreffende, snellere en beter aangepaste behandeling bieden voor de bestrijding van de epidemie.
Artsen Zonder Grenzen is in Burundi sinds 1992. De teams van AZG werden versterkt om deze epidemie te bestrijden. Momenteel zijn 24 vrijwilligers en verscheidene honderden nationale medewerkers ingeschakeld in 3 provincies.