Hevig geweld verergert humanitaire situatie in Zuid-Soedan
Bij nieuw geweld in de staat Jonglei vielen opnieuw tientallen doden. De combinatie van het zogenaamde inter-etnische geweld in verschillende staten en de aanvallen van het Verzetsleger van de Heer in het zuiden zorgt voor een ongeziene golf van geweld in Zuid-Soedan, waarvoor al 140.000 mensen op de vlucht sloegen. Artsen Zonder Grenzen staat de slachtoffers bij met humanitaire en medische hulp.
Bij de aanval in de provincie Twic East in de staat Jonglei vielen 42 doden, waaronder veel vrouwen en kinderen. Meer dan 60 mensen raakten gewond en volgens officiële cijfers sloegen 24.000 mensen op de vlucht. De meesten van hen verzamelen zich in de dorpen Panyangor en Kongor.
Deze aanval maakt deel uit van een reeks zogenaamde inter-etnische conflicten in de staten Jonglei en Boven-Nijl en in de Merenstaat. Die hebben volgens officiële statistieken al 140.000 mensen op de vlucht gejaagd. Aanvallen van het Verzetsleger van de Heer (LRA) in de zuidelijke Equatoria-staten hebben nog eens 65.000 Soedanezen uit hun huizen verdreven en honderden andere gedood en ontvoerd. De combinatie van deze twee gewelddadige conflicten verergert de toch al prangende humanitaire situatie in Zuid-Soedan.
Geen gewone incidenten
“We hebben het geweld zien escaleren in Zuid-Soedan – van de aanvallen van het LRA in het zuiden tot de hevige gevechten in de staten Jonglei en Boven-Nijl en de Merenstaat,” zegt Jonathan Whittall, coördinator voor Artsen Zonder Grenzen in Zuid-Soedan.
“Deze gewelddadige incidenten zijn iets anders dan de veediefstallen die elk jaar voorkomen. Vrouwen en kinderen, die normaal gespaard worden, zijn nu doelwitten en het aantal doden ligt hoger dan het aantal gewonden. Bij de zes laatste aanvallen waarbij Artsen Zonder Grenzen de voorbije zes maanden medische hulp bood, werden 1.057 mensen gedood en 259 gewond. Meer dan 60.000 mensen vluchtten. Dat is nieuw – de bedoeling nu is een dorp aan te vallen en te moorden. Het resultaat is een bevolking die geterroriseerd wordt door angst en met aanzienlijke humanitaire en medische noden.”
Hongerseizoen breekt aan
Meteen na het laatste geweld reisde een team van Artsen Zonder Grenzen af naar de provincie Twic East om de lokale gezondheidsvoorzieningen te ondersteunen en de medische en humanitaire noden in te schatten. De organisatie schonk medische voorraden aan het gezondheidscentrum in Panyangor en doet nu onderzoek naar ondervoeding. Artsen Zonder Grenzen verdeelt voedsel voor 4.500 kinderen jonger dan vijf jaar, om ondervoeding te voorkomen en de periode tot er meer hulp opdaagt te overbruggen.
Whittall: “Mensen zijn zonder iets hun dorp uitgevlucht. Er zijn de hele tijd geruchten over meer geweld en dus leven ze voortdurend in angst. Ze hebben dringend hulp nodig, vooral voedsel en onderdak. Deze situatie is zorgwekkend, zeker nu het traditionele hongerseizoen aanbreekt, verergerd door de late regens en de onveiligheid dit jaar. We geven noodvoedsel aan kinderen. Veel van hen hebben al dagenlang niets gegeten.”