Ebola-uitbraak in Congo nog niet voorbij
Artsen Zonder Grenzen levert, samen met een aantal andere organisaties, verwoede inspanningen om de uitbraak van Ebola in het noordoosten van Congo onder controle te krijgen. Maar het ziet er voorlopig niet naar uit dat de epidemie snel zal uitdoven.
Volgens het Congolese ministerie van Volksgezondheid zijn bij de huidige uitbraak van Ebola tot nu toe 34 mensen gestorven. Vier patiënten zijn op dit moment opgenomen in het ziekenhuis van Isiro, het epicentrum van de huidige epidemie. Sinds 11 september is bij twaalf nieuwe patiënten een besmetting vastgesteld. De laatste keer gebeurde dat op 27 september, wat betekent dat de epidemie nog niet voorbij is.
“Er zijn al veel mensen gestorven”, zegt Alfonso Verdú, de noodhulpcoördinator van Artsen Zonder Grenzen in Isiro. “Gelukkig hebben we ook al zes mensen uit het ziekenhuis kunnen ontslaan, die Ebola overleefd hebben en genezen zijn.”
Artsen Zonder Grenzen, het ministerie van Volksgezondheid, de Wereldgezondheidsorganisatie en de Amerikaanse Centers for Disease Control werken nauw samen in de bestrijding van de huidige uitbraak.
Sinds augustus doen teams van Artsen Zonder Grenzen alles voor het welzijn van de patiënten. Het team geeft verzorging en psychosociale steun aan de patiënten en aan hun familie, maar voor de ziekte bestaat geen behandeling. We investeren daarom ook in sensibiliseringscampagnes, zodat de bevolking beter geïnformeerd raakt over het virus.
Ebola werd voor het eerst bij mensen vastgesteld in 1976 in het toenmalige Zaïre (nu Congo). De ziekte wordt overgedragen via lichaamsvocht en is bijzonder dodelijk: het sterftepercentage varieert van 30% tot 90%, afhankelijk van de virusstam en de genetische gevoeligheid van de patiënt.