Dringend hulp nodig voor Irakese burgers

Een van de grootste uitdagingen voor onafhankelijke hulpverleners op het moment is het bereiken van burgers in oorlogen en gewapende conflicten. Nergens is dit duidelijker dan in Irak, waar Artsen Zonder Grenzen al sinds de invasie onder leiding van de Verenigde Staten in 2003 probeert een zinvolle hulpoperatie op te zetten.

Verscheidene militaire en politieke actoren hebben geprobeerd humanitaire actie te ge- en misbruiken voor politieke doelen. Daardoor zijn humanitaire organisaties een doelwit geworden voor gewelddadige aanvallen.
Door de afname van het geweld in 2008 in Irak heeft Artsen Zonder Grenzen de gelegenheid gekregen voorzichtig een aantal projecten te starten in het land. Ondertussen blijven bomaanslagen en het sektarische geweld voorkomen. Het gevolg is dodelijke slachtoffers en levensbedreigende verwondingen die spoedeisende hulp vereisen. Naast ernstig letsel zijn er zorgen over de toestand van de gezondheidszorg in het land.
De Irakese regering heeft de laatste tijd pogingen gedaan om de gezondheidszorg te verbeteren, maar er zijn nog steeds enorme gaten, en duizenden Irakezen hebben of geen of niet genoeg medische zorg. Artsen Zonder Grenzen heeft een chirurgisch programma in Amman, Jordanië, voor patiënten met ernstige oorlogsverwondingen, en geeft er ook trainingen op medische en psychosociale trainingen voor Irakees medisch personeel. Verder bevoorraadt de organisatie ziekenhuizen in een aantal steden met medicijnen en medische voorraden. In het district Dohuk zorgt Artsen Zonder Grenzen voor psychosociale counseling voor de ontheemden daar.