Cholera teistert Beitbridge
Cholera grijpt razendsnel om zich heen in Zimbabwe, waar de hygiënische omstandigheden door de crisis en armoede erg slecht zijn.
“Ik voel me niet zo goed,” zegt Henry zachtjes. De man van middelbare leeftijd ligt op de aarden grond en kijkt beleefd omhoog naar Clara. Henry is zo uitgedroogd dat zijn wangen helemaal ingevallen zijn. Zijn ogen puilen uit onder zijn kortgeschoren schedel. Clara Chamizo, een verpleegster die voor het eerst op missie is voor AZG in Beitbridge, beseft hoe absurd zijn woorden klinken. Rondom haar liggen tientallen cholerapatiënten op de grond in de achtertuin van het belangrijkste ziekenhuis van Beitbridge. Cholera verspreidde zich door deze Zimbabwaanse grensstad met ongeveer 40.000 inwoners als een alles vernietigend vuur.
“Normaal begint cholera met enkele gevallen en zien we na een paar weken een piek,” zegt Luis María Tello. Hij is de noodhulpcoördinator van Artsen Zonder Grenzen die hier aankwam een paar dagen nadat melding was gemaakt van de eerste gevallen. Luis is verbaasd zoveel slachtoffers te zien.
Hygiëne
De Zimbabwaanse gezondheidsdiensten in Beitbridge berichtten aan Artsen Zonder Grenzen voor het eerst over de cholera op vrijdag 14 november. Er waren op dat moment vijf gevallen. Twee dagen later waren er al meer dan 500 en tegen het einde van de week ruim 1.500.
Door de cholerabacterie komt een gif vrij waardoor de darmen alle vocht aan het lichaam onttrekken. De darmen kunnen zoveel vocht niet vasthouden en dat veroorzaakt diarree. De enige oplossing is het lichaam genoeg vocht toedienen om te overleven totdat de levenscyclus van de bacterie, zo’n vijf dagen, voorbij is. Zonder extra vocht kan de patiënt al een paar uur na de besmetting overlijden.
De enige manier om de ziekte te voorkomen, is goede hygiëne. Vanaf de tweede dag na het uitbreken van de epidemie reed een wagen van Artsen Zonder Grenzen door de stad met twee medewerkers van het Zimbabwaanse Ministerie van Gezondheid om aan de inwoners uit te leggen hoe ze besmetting konden voorkomen.
Crisis
Maar door de huidige crisis in Zimbabwe ontbreken de basisvoorzieningen, zeker in een stad als Beitbridge die zo ongecontroleerd groeit. Overal ligt vuilnis en door de meeste straten loopt een open riool. Er zijn vrijwel dagelijks elektriciteitspannes en problemen met de watertoevoer.
Terwijl de medewerkers van het ministerie hun uitleg trachtten te doen door een luidspreker, verzamelden zich op veel plaatsen boze mensen die riepen: “Hoe moeten we de cholera bestrijden als er niet eens water is?” “Kijk naar de riolen die hier lopen!” “Waarom maken jullie de straten niet schoon?”
Het ziet ernaar uit dat de problemen nog wel een tijd zullen duren. Het waterstation beschikt niet over de nodige onderdelen om de pompen degelijk te herstellen. Elektriciteit is dan weer afhankelijk van de kolenmijn, maar daar heeft men al meer dan een jaar geen geld gezien en dus kan de mijn geen kolen meer leveren. Er is geen brandstof voor de vuilniswagens en geen geld om de lonen van de vuilnismannen te betalen. Er is geen materiaal en geen onderdelen om de riolen te herstellen, geen geld om de herstellers te betalen. Een oplossing is nog niet in zicht…