Burgers gevangen in brute oorlog Jemen
Jemen werd vanaf augustus 2009 getroffen door een zesde burgeroorlog op rij, de meest hevige tot dusver. De humanitaire gevolgen waren voor Jemen ongekend.
De burgerbevolking en voorzieningen als ziekenhuizen werden zwaar getroffen door de gevechten. Honderdduizenden raakten ontheemd en het bieden van humanitaire hulp werd zo goed als onmogelijk. Onder ontheemde kinderen werd ondervoeding ontdekt.
Vanaf augustus escaleerde het sluimerende conflict in de provincie Saada, toen de Jemenitische strijdkrachten massale aanvallen lanceerden op de rebellen van de Al Houti beweging. In Saada wonen rond de 700.000 inwoners. In november raakte buurland Saudi-Arabië betrokken in het conflict, nadat een Saudische grenswacht omgekomen was.
Teams van Artsen zonder Grenzen verzorgden oorlogsgewonden en voerden 135 operaties voor oorlogsverwondingen uit in ziekenhuizen van twee steden in Saada. Eind september maakten de gevechten dat te onveilig.
Het geweld joeg ruim 80.000 Jemenieten op de vlucht. Doordat de bewegingsvrijheid van hulporganisaties werd beperkt, was het moeilijk om een goed beeld te krijgen van de totale omvang van de crisis. In de stad Mandabah, op de grens met Saudi-Arabië, zette Artsen zonder Grenzen een ziekenhuis op voor de gevluchte en lokale bevolking. Ook zorgden onze teams voor drinkwater voor de ontheemde bevolking.
In november startte onze teams een voedingsprogramma, nadat onder de kinderen in een kamp voor ontheemden 8 procent ondervoeding was geconstateerd.
Ook in Jemen kregen onze teams te maken met een andere humanitaire crisis. In 2009 staken meer dan 50.000 Somalische en Ethiopische vluchtelingen in gammele bootjes van mensensmokkelaars de Golf van Aden over.
Dat was een stijging van 50 procent vergeleken met 2008. Zeker 266 mensen verdronken bij aankomst op de Jemenitische stranden. 153 mensen raakten vermist op volle zee. Artsen zonder Grenzen bood hulp aan 5.600 bootvluchtelingen in Jemen.