"We moeten een psychose vermijden"
Luis Encinas, verpleegkundige van opleiding, is operationeel coördinator voor de regio Grote Meren. Tot begin januari leidde hij het AZG-team dat strijdt tegen een epidemie van de hemorragische koorts Ebola in Oost-Kasai, in het centrum van de Democratische Republiek Congo (DRC). Vandaag is Luis Encinas terug in Brussel ezn maakt hij maakt hij een stand van zaken op.
Er bestaat geen behandeling tegen de hemorragische koorts Ebola. Welke rol kan het AZG-team dan wel spelen?
“Ons werk rust op vier pijlers. Eerst en vooral moeten we patiënten afzonderen zodat ze niemand kunnen besmetten, maar ook om gepaste palliatieve medische zorgen te kunnen geven. Een ander deel van het team – de tweede pijler – gaat op zoek naar zieken en volgt de mensen op die met patiënten in aanraking zijn geweest. Dan is er de pijler sociale mobilisering: de bevolking bewust maken van de ziekte, de symptomen, de manier van overdracht en de preventiemethodes. Ten slotte moeten we ervoor zorgen dat gezondheidszorg tijdens de periode van epidemie gratis is.
De bevolking heeft vaak niet genoeg middelen om voor gezondheidszorg te betalen. De regio heeft af te rekenen met grote schaarste, er heerst overal armoede. Door gratis zorgen aan te bieden, kan de financiële barrière opgeheven worden. Op die manier kunnen we de Ebolapatiënten niet alleen gemakkelijker opsporen, maar ook andere dodelijke ziekten vaststellen en behandelen.
In september en oktober 2007 reageerde AZG reeds op een Ebola-epidemie. Er werden toen 46 patiënten in afzondering geplaatst en op een paar maanden tijd stierven er 186 personen.”
Er zijn dus nog andere ziekten die Oost-Kasai vandaag teisteren.
“Ja, ik denk in het bijzonder aan malaria, infecties van de luchtwegen of virale en/of bacteriële diarree. Deze laatste weken werd er bijvoorbeeld een geval van shigellose gemeld.”
Waar bevindt zich het epicentrum van de epidemie?
“Dat bevindt zich waarschijnlijk in het dorpje Kaluamba, op 65 km ten zuiden van Mweka, de grootste stad in het gebied. Daarnaast zijn er plaatsen waar men patiënten ziet die vermoedelijk met Ebola besmet zijn in de dorpen Kabau en Kalombayi, en in de stad Mweka.
Of de epidemie zich nog uitbreidt is op dit moment moeilijk te zeggen. Het team op het terrein voert nog steeds onderzoek uit om de epidemie beter in kaart te brengen. Tot nu vertoonden 42 personen mogelijke symptomen van de hemorragische koorts Ebola. Dertien van hen zijn ondertussen overleden.”
Hoe wordt de diagnose hemorragische koorts Ebola gesteld?
“Wij baseren ons voornamelijk op klinische symptomen en op wat we de geschiedenis van de patiënt noemen: is hij of zij in contact geweest met andere mogelijke zieken? Patiënten worden systematisch behandeld tegen malaria en shighellose voor het geval zij hieraan lijden, want enkel het labo kan hier definitief uitsluitsel over geven. Een twintigtal stalen van bloed en stoelgang van de patiënten werden naar de laboratoria in de Congolese hoofdstad Kinshasa, maar ook naar Gabon en Zuid-Afrika, verstuurd. Helaas ontvingen we nog maar vier resultaten en die waren positief. Het gaat om drie personen die het Ebolavirus hebben overleefd.
Deze trage overbrenging van de labresultaten vormt een probleem. In Oost-Kasai zijn er immers heel wat lokale godsdiensten. Alles waarvoor geen wetenschappelijke uitleg bestaat, wordt aan de hand van bovennatuurlijke krachten verklaard, gebaseerd op het geloof in goed en kwaad. Het resultaat is dat sommigen profiteren van een bepaalde verdachte situatie om zich als genezer aan te bieden. En sommige zieken zijn bang om naar de verzorgingsstructuren te gaan, want die noemen ze ook wel ‘crepeerhokken’.
Sensibilisering is dus cruciaal.
“Inderdaad. Het sensibiliseringsteam wordt geleid door een socioloog en geeft berichten door via 35 ‘aanspreekpersonen’ binnen de gemeenschappen. Bovendien organiseren zij heel wat vergaderingen met lokale leiders en verspreiden ze informatie via affiches of de lokale radiozenders. Het gaat erom de bevolking duidelijk te maken dat Ebola een probleem is dat iedereen treft en door iedereen moet bestreden worden: zwart of blank, rijk of arm, man of vrouw, religieus of niet... Het sensibiliseringsteam speelt ook een grote rol tijdens de begrafenissen, want die moeten erg strikte regels ter bescherming volgen, die vaak tegen de lokale gewoontes indruisen.”
Aanvaardt de bevolking gemakkelijk de regels die Artsen Zonder Grenzen oplegt?
"Dat is de rol van het sensibiliseringsteam: het belang van de beschermingsregels uitleggen. Bepaalde begrafenisrituelen zijn ingebakken in de cultuur: de haren van de overledene worden afgeschoren, de nagels geknipt, hij/zij wordt gewassen ... Wij gaan ‘in burger’ naar de begrafenis en leggen de familie goed uit waarom we daar zijn en wat we doen. Eén familielid doet alle handelingen samen met ons en zorgt ervoor dat de familie het lichaam niet aanraakt. Samen met deze persoon trekken we een speciaal pak aan, en plaatsen het lichaam van de overledene in een lijkzak. We zorgen hierbij dat het gezicht zichtbaar blijft. Ongeveer een kwartier lang concentreren wij ons op de overledene tot we de lijkzak opnieuw kunnen sluiten. We vragen dit familielid om zich achteraf met chloorwater te desinfecteren. Vóór de begrafenisplechtigheid natuurlijk ..”
Deze dramatische situaties menselijker maken is een echte uitdaging.
“We moeten vermijden dat er een psychose ontstaat. Daarom dragen we onze volledige beschermingspakken bijvoorbeeld enkel binnen het isolatiecentrum voor de zieken of als het medisch personeel de zieken verzorgt. Enkele jaren geleden zouden wij compleet verkleed ‘als astronauten’ op pad zijn gegaan. Het isolatiecentrum zelf is voortaan niet meer volledig gesloten. Indien ze daartoe in staat zijn, mogen de patiënten naar buiten op een terrasje om er hun kennissen te ontmoeten. Deze kennissen brengen de zieken in afzondering dan weer een bezoekje in een licht beschermingspak... Doorheen de jaren en dankzij onze ervaring met epidemieën van hemorragische koorts, passen wij onze praktijken aan zodat die menselijker worden en de getroffen personen in hun waardigheid respecteren. Een subtiel evenwicht tussen veiligheid en lokale culturele rituelen is essentieel."
Wat zijn vandaag de prioriteiten voor het team van Artsen Zonder Grenzen in deze epidemie van Ebola?
"We moeten de manieren waarop de ziekte wordt overgedragen identificeren en de maatregelen om de epidemie te controleren versterken. Het vervolg van deze epidemie hangt van dit werk af. Het is essentieel dat we begrijpen waar en hoe dit virus zich verspreidt. Zo zullen we de epidemiehaarden kunnen afbakenen en een bepalende impact hebben. De incubatieperiode van de hemorragische koorts Ebola is 21 dagen. Voordat we het over het einde van de epidemie kunnen hebben, moeten we dus nog drie weken wachten nadat de laatste patiënt werd opgespoord."