Duizenden vluchtelingen in Kameroen hebben hulp nodig
Een week na het einde van de gevechten gaat het leven in de Tsjadische hoofdstad N'Djamena stilaan weer zijn gewone gang. We zien opnieuw meer mensen op straat, ook al blijven nog altijd veel winkels in het centrum gesloten. Ook in de ziekenhuizen is de ergste crisis voorbij. In het heetst van de strijd en de dagen daarna kregen de weinige ziekenhuizen die open waren gebleven, een enorme stroom gewonden te verwerken. Inmiddels is het meeste medische personeel weer aan het werk en verloopt de dienstverlening min of meer zoals voordien. Veel zorgwekkender is de situatie van de mensen die naar Kameroen en het oosten van Tsjaad zijn gevlucht. Een aantal is al teruggekeerd naar N’Djamena, maar duizenden families durven dat nog niet. Ze leven in hachelijke omstandigheden, op een steenworp afstand van de grens.
De balans van de gevechten in N’Djamena is buitengewoon zwaar: meer dan 270 doden en bijna duizend gewonden. In het Bon Samaritain-ziekenhuis, in de wijk Walia, behandelde het chirurgische team van AZG in een week tijd 110 gewonden. Ahmed K. is vader van een meisje van 6 dat door granaatscherven werd geraakt. Hij vertelt wat er gebeurde: "Ik was op weg naar het huis van mijn schoonmoeder toen het gebouw door een granaat werd getroffen. Ik ging naar binnen en zag drie doden. Mijn dochter en twee andere kinderen waren gewond. Bij een van hen was een arm afgerukt. De dichtstbijzijnde kliniek was gesloten en het Hôpital Général was overvol. Uiteindelijk hebben we een motorrijder tegengehouden, die de gewonden naar Walia bracht terwijl ik de doden begroef. We wisten namelijk dat het ziekenhuis daar functioneerde". De rest van de familie vluchtte naar een dorp verder naar het zuiden. Dit is al de vierde keer dat Ahmed en zijn familie N’Djamena moeten ontvluchten. "Deze keer was wel het ergst", verzekert hij, " in de hoofdstad zelf werd nooit eerder gevochten. Iedereen wil zo nodig regeren, maar wat valt er te regeren als er geen volk meer over is?".
Het Hôpital Général lag in het centrum van de gevechten. De weinige artsen en verpleegkundigen die nog op post waren, kregen een toestroom van ruim 250 gewonden te verwerken. De teams van AZG slaagden er pas maandag in het ziekenhuis te bereiken. "Het lag gewoon te dicht bij het strijdtoneel. Het moest zelfs enkele uren worden gesloten", aldus Meinhard Kritzinger, arts-anesthesist van AZG die samen met een chirurg de spoedgevallendienst kwam versterken. "Zij konden alleen de allerdringendste gevallen behandelen: vaak konden ze niet opereren, maar slechts het bloeden stelpen, verbanden aanbrengen en de patiënten naar huis sturen. Daarom komen er nu voortdurend patiënten terug die eerder al met spoed waren behandeld". Het ziekenhuis lijkt nu weer zijn normale ritme te hervinden. Het meeste medische personeel is terug en de diensten zijn weer open. AZG heeft geneesmiddelen en chirurgisch materiaal geschonken om in de allerdringendste behoeften te voorzien, en de teams leggen nu een voorraad aan voor het geval zich een nieuwe crisis zou voordoen.
Een aantal mensen dat op de vlucht was geslagen voor de gevechten, is al weer terug in N’Djamena. In de wijken gaan verschillende ziekenhuizen weer open. Om de komende dagen de mogelijk zeer grote toestroom van patiënten het hoofd te kunnen bieden, besloot AZG extra personeel en geneesmiddelen naar enkele perifere structuren te sturen. Op korte termijn bevindt de grootste nood zich echter enkele kilometers verderop, in Kameroen, waar duizenden mensen heen zijn gevlucht. Het merendeel durft nog niet naar huis terug te keren. Ze zijn nog steeds te bang vanwege de zware gevechten die ze vorige week hebben meegemaakt. Deze vluchtelingen leven verspreid over de stad Kousseri, net over de grens. Veel gezinnen hebben een plaatsje gezocht onder bomen of in scholen, met de weinige goederen die ze op hun vlucht hebben kunnen meenemen. Het ontbreekt hen aan water, voedsel en onderdak.
De teams van AZG waren als een van de eersten ter plekke in Kameroen. Overal waar zich vluchtelingen hadden verzameld, zijn poliklinieken opgezet, maar vooral vlak naast de grens in Madana, waar de meeste vluchtelingen zitten. Tijdens de consultaties zien de medische teams vooral gevallen van diarree, luchtweginfecties en malaria. Ernstige gevallen worden doorgestuurd naar het centrale ziekenhuis van Kousseri, waar AZG de spoedgevallendienst heeft versterkt. Sinds woensdag is hier een chirurgisch team actief en alle vluchtelingen worden er gratis verzorgd. Verder zijn er op verschillende plaatsen waterdistributiepunten geïnstalleerd en deze week zal ook een begin worden gemaakt met het uitdelen van basisbenodigdheden: dekens, jerrycans, muggennetten en plastic zeilen. Ten slotte is AZG nog van plan om deze week een vaccinatiecampagne tegen mazelen te organiseren.
In de rest van Tsjaad, en vooral in het oosten, zetten de AZG-teams hun hulpprogramma's voor de Soedanese en Tsjadische bevolking zo goed en zo kwaad als het gaat voort.