AZG ongerust over lot van 10.000 tot 20.000 mensen op de vlucht voor geweld in Noord-Katanga
Als gevolg van het geweld dat de streek van Kitenge in Noord-Katanga teistert, en na 10 dagen in de stad te hebben vastgezeten vanwege de onveiligheid, hebben de teams van AZG zich ten oosten en ten zuiden van de stad begeven om hulp te verlenen aan ongeveer 9.000 mensen.
Het noorden van de zone blijft evenwel ontoegankelijk: de wegen zijn er gevaarlijk en de onlusten duren voort, zodat momenteel de toegang voor de hulpverleners onmogelijk is. Op een totale bevolking van naar schatting 30.000 personen, zouden zo’n 10.000 tot 20.000 mensen er niet in geslaagd zijn de enkele dorpen te bereiken waar hulpverleningsteams aanwezig zijn. AZG maakt zich ongerust over de omstandigheden waarin deze mensen, die reeds verzwakt zijn door de vlucht, in de bossen moeten overleven in grote onzekerheid en zonder toegang tot medische zorg. Gewonden kunnen niet worden geholpen.
Ook vandaag wordt de bevolking nog altijd gegijzeld door het gewelddadige optreden van de verschillende gewapende partijen in het conflict. Sinds half januari zijn de inwoners van het gebied rond Kitenge opnieuw het doelwit van gewapende groepen, Maï-Maï genoemd, die elkaar bevechten. Tijdens de aanvallen gaan deze groepen zich te buiten aan plundering, verminking, verkrachting en zelfs moord. Meer dan 50 dorpen werden op die manier ontruimd, de meeste geplunderd en sommige platgebrand.
Naast dit geweld, zijn de burgers ook het slachtoffer van standrechtelijke executies en plunderingen vanwege de FAC (Forces Armées Congolaises) in sommige dorpen. Zo werd in Kitenge een vrouw afgemaakt voor de kliniek van Artsen Zonder Grenzen, waar zij naartoe was gekomen voor hulp. Sinds twee weken vergrijpen de militairen zich in Sohe Gare, een dorp nabij Kitenge, elke nacht aan de lokale inwoners en de vluchtelingen, van wie een deel nu opnieuw op de vlucht is geslagen.
De voorbije twee maanden heeft AZG ruim een dozijn burgers verzorgd die verwond waren door de gewapende groepen of de soldaten. Meer dan de helft van hen waren kinderen. De teams kregen ook verschillende verkrachtte vrouwen over de vloer. Tot slot wordt er momenteel een honderdtal ondervoede kinderen verzorgd in het therapeutisch voedingscentrum van Artsen Zonder Grenzen in Kitenge.
Teams van AZG zijn sinds 2002 aan het werk in het gezondheidscentrum van Anuarité in Kitenge. Op dit ogenblik worden zelfs mobiele consultaties verstrekt in de bereikbare dorpen waar de bevolking een onderkomen heeft gezocht.
Deze situatie is verre van uniek. Gelijkaardige gevallen van afpersing werden vastgesteld in Lwanza (Pweta, Noord-Katanga) en in Yahuma (Oostprovincie) waar de AZG-teams sinds meerdere maanden geconfronteerd worden met verschillende - al dan niet regeringsgezinde - gewapende groepen die de burgerbevolking gijzelen en lastig vallen in totale straffeloosheid (verkrachtingen, ontvoeringen, willekeurige arrestaties waarbij men soms moet betalen om vrijgelaten te worden, gedwongen arbeid, martelingen,...).