Aanval op ontheemdenkamp in Katanga
Duizenden mensen ontvluchten geweld; sommige gebieden zijn ontoegankelijk voor hulpverleners.
Mazwombe, een ontheemdenkamp in het oosten van de DRC, is donderdagochtend aangevallen. De ongeveer 3.000 bewoners van het kamp, zeven kilometer van Mitwaba, in de provincie Katanga, moesten opnieuw rennen voor hun leven.
“Er zijn verschillende huizen platgebrand, waaronder het AZG-gezondheidscentrum, en er zijn één dode en tal van gewonden gevallen”, aldus Laurence Sailly, coördinatrice van het AZG-noodteam in Congo. “De ontheemden zijn weggevlucht uit het kamp, in de hoop een veilige plek te vinden. Er komt maar geen einde aan hun lijden.”
De streek van Mitwaba is het toneel van terugkerend geweld, en de toestand blijft er onveilig, waardoor de lokale bewoners hun dorpen moesten ontvluchten en zich soms maandenlang moesten schuilhouden in de bossen. Sinds oktober 2004 zijn al meer dan 15.000 mensen ondergebracht in tijdelijke ontheemdenkampen in en rond de stad, om te ontsnappen aan de gevechten tussen het Congolese Leger (FARDC) en Mai-Mai-rebellen.
Sinds half november hebben legeraanvallen opnieuw duizenden mensen op de vlucht doen slaan in Noord-Katanga. Honderden gezinnen vluchtten uit hun huizen toen FARDC-troepen oprukten naar het gebied ten noorden van de stad Kilwa, om de rebellen te verjagen. Tot dusver zijn al meer dan 2.000 ontheemden aangekomen in de steden Dubie en Mutabie, na een dagenlange voettocht waarbij ze langs verschillende controleposten moesten passeren en willekeurig ondervraagd werden door het leger. De meesten van hen waren voordien al ontheemd.
AZG vermoedt dat duizenden burgers dringend hulp nodig hebben. Als de organisatie niet binnen mag in gebieden dicht bij de frontlinie kan ze echter onmogelijk een betrouwbare schatting geven van het aantal mensen in nood. De burgerlijke en militaire autoriteiten verhinderen humanitaire organisaties om de situatie en de behoeften te evalueren van de bevolkingsgroepen ten noorden van Mitwaba en Dubie.
AZG is hoogst bezorgd over de recente opstoot van geweld en de gevolgen ervan voor de burgerbevolking in de regio. “Ondanks de ernst van de situatie krijgen de gewelddadige aanvallen en vluchtelingenstromen geen nationale en internationale aandacht. Deze mensen hebben echter dringend bijstand nodig, want ook de internationale hulpgemeenschap kijkt niet naar hen om”, aldus Brice de le Vingne, coördinator van de AZG-operaties in het Grote Merengebied. “AZG eist onmiddellijke toegang tot de volkeren in nood.”
Als reactie op de nieuwe situatie heeft AZG extra medische en niet-medische hulpgoederen en personeel naar het gebied gestuurd.