Het vervoer van vaccins voor reactieve campagnes en immunisatieprogramma’s vindt plaats in een uiterst moeilijke operationele context in Soedan. Het aanhoudende conflict heeft importroutes verstoord en zorgt voor aanzienlijke administratieve en bureaucratische hindernissen voor humanitaire actoren die bij vaccinatie betrokken zijn, waaronder vertragingen door vergunningen voor grensoverschrijdende zendingen en procedures opgelegd door de Soedanese autoriteiten.
Soedan: sterke toename van mazelen in Darfur ondanks maandenlange waarschuwingen en oproepen tot vaccinatie
Door het gebrek aan een doeltreffende vaccinatiecampagne, stijgt het aantal mazelengevallen snel in Centraal-, Zuid- en West-Darfur. Sinds september 2025 zijn in de zorginstellingen die Artsen Zonder Grenzen ondersteunt meer dan 1.300 gevallen geregistreerd, ondanks herhaalde oproepen van de organisatie om vaccinatiecampagnes op te starten en de routinematige immunisatie te hervatten.
Artsen Zonder Grenzen (AZG) roept de autoriteiten op om onmiddellijk alle bureaucratische en administratieve obstakels voor het transport van vaccins doorheen Darfur weg te nemen. Tegelijk is er meer urgentie nodig van UNICEF om de inspanningen beter te coördineren voor het transport en de levering van vaccins, spuiten en andere noodzakelijke materialen. AZG roept ook zowel de deelstaat als de federale ministeries van Volksgezondheid op om dringend een mazelenvaccinatiecampagne en een programma voor routinematige immunisatie te lanceren.
Mazelen is een te voorkomen ziekte; routinevaccinatie en tijdige reactieve vaccinatie volstaan, maar door het conflict, administratieve barrières en vertragingen bij sleutelorganisaties zijn alle vaccinaties ernstig beperkt. Die vertragingen stellen kwetsbare kinderen bloot aan een ziekte die ook dodelijk kan zijn.
In het universitair ziekenhuis van El Geneina bracht Ferdos Salih haar 11 maanden oude baby Banan binnen, die mazelen heeft en lijdt aan ernstige acute ondervoeding.
“Ze werd te vroeg geboren omdat ik door de oorlog gedwongen werd te vluchten uit Omdurman tijdens mijn zwangerschap” legt Ferdos uit. “De herhaalde ziekenhuisopnames waren erg zwaar voor haar, en door de oorlog kon ze ook niet gevaccineerd worden.”
Banan raakte besmet via haar oudere broer, omdat er thuis niet genoeg ruimte was om hem goed te isoleren toen hij eerst mazelen kreeg. Sinds hun ontheemding leven ze samen met twee andere families.
Matara Abakar bracht haar tien maanden oude zoon Natrin binnen nadat hij al 17 dagen ziek was, met koorts, diarree, hoest en huiduitslag. Hij is ook ernstig ondervoed. “We hebben moeite om werk te vinden. Ik ben boer, en het is moeilijk om genoeg te verdienen om goed voedsel te kopen. We leven alleen van asida,” zegt Matara, verwijzend naar een Soedanees gerecht op basis van sorghum- of gierstmeel. Ze heeft nog twee kinderen die evenmin volledig gevaccineerd zijn.
Meer dan 34 procent van de patiënten in Zalingei en Nyala lijdt ook aan acute ondervoeding, wat de ernst van de ziekte vergroot en snel kan leiden tot levensbedreigende complicaties zoals longontsteking, encefalitis en overlijden. Vertragingen in vaccinleveringen en herhaalde uitstel van een reactieve vaccinatiecampagne laten kinderen onbeschermd terwijl de uitbraak zich verder uitbreidt.
Meer dan 29 procent van de gevallen in Zalingei en 34 procent in Nyala betreft kinderen ouder dan vijf jaar. Dat onderstreept het langdurige falen om routinematige immunisatie in de regio te garanderen, zelfs vóór de escalatie van het huidige conflict. Daarom moeten uitbraakresponsen ook kinderen tussen zes maanden en vijftien jaar omvatten.
Onvoldoende vaccinatiecampagnes
Zes maanden geleden, in juni, werden grootschalige vaccinatiecampagnes uitgevoerd in de Jebel Marra-regio in Centraal-Darfur. Die bereikten echter Zalingei niet, noch Zuid- of West-Darfur, waar AZG-teams nu een sterke stijging van het aantal gevallen vaststellen. AZG waarschuwde toen al dat deze campagnes slechts een kortetermijneffect zouden hebben. Hoewel er inspanningen zijn geleverd om vaccins en droog materiaal aan te voeren, zijn zowel een massale vaccinatiecampagne als een opschaling van routinematige vaccinaties dringend nodig om de verspreiding te stoppen.
Tussen november 2024 en mei 2025 voerden AZG-teams vier vaccinatiecampagnes uit als reactie op uitbraken:
- In november 2024 werden 9.600 kinderen gevaccineerd in Noord-Jebel Marra.
- In februari 2025 voerde AZG een mazeleninterventie uit in Jebel Marra in Zuid-Darfur, waarbij 5.909 patiënten werden behandeld en 36.209 kinderen tegen mazelen werden gevaccineerd.
- Tussen december 2024 en mei 2025 werden meer dan 79.000 kinderen gevaccineerd in Rokero, Noord-Jebel Marra. Na afloop van de campagne daalde het aantal mazelengevallen met 96,5 procent.
- In april vaccineerden AZG-teams meer dan 54.000 kinderen in Foro Baranga, West-Darfur.
AZG-teams in Darfur behandelen momenteel ook patiënten met difterie, kinkhoest en andere door vaccins te voorkomen ziekten.
Wat nu dringend nodig is, is dat het ministerie van Volksgezondheid – met steun van gezondheidspartners, waaronder UNICEF – de routinematige immunisatie hervat en zorgt voor voldoende vaccins. Ontelbare levens kunnen worden gered, maar na meer dan tweeënhalf jaar oorlog blijft de wereld de bevolking van Soedan in de steek laten.
Dit alles speelt zich af tegen een moeilijke mondiale achtergrond.
In 2024 meldden 59 landen grote, ontwrichtende mazelenuitbraken – bijna drie keer zoveel als in 2021 en het hoogste aantal sinds het begin van de pandemie. Tegelijk dreigen diepe budgettaire besparingen op het Global Measles and Rubella Laboratory Network (GMRLN) en nationale immunisatieprogramma’s de immuniteitskloof te vergroten en nieuwe uitbraken aan te wakkeren.