Artsen Zonder Grenzen stopt met werken in Dasht-e-Barchi, na de gruwelijke aanslag op de kraamkliniek op 12 mei
Artsen Zonder Grenzen heeft vandaag aangekondigd dat het haar activiteiten beëindigt en zich terugtrekt uit Dasht-e-Barchi in Kaboel, Afghanistan, in de nasleep van de gruwelijke aanval op de kraamkliniek van het ziekenhuis op 12 mei. Daarbij lieten 16 Afghaanse moeders het leven. Twee kinderen van 7 en 8 jaar oud, een vroedvrouw van Artsen Zonder Grenzen en nog 6 andere mensen die toevallig aanwezig waren op dat moment werden eveneens vermoord.
Een maand na de afschuwelijke gebeurtenis is nog weinig over daders of motieven geweten; de aanval werd nooit opgeëist. Terwijl de Afghaanse autoriteiten met de vinger wijzen naar de Taliban, dat de beschuldiging heeft weerlegd en de aanslag heeft veroordeeld, verdenken vertegenwoordigers van buitenlandse regeringen de radicale groepering Islamic State in Khorasan. Wel is duidelijk dat de moeders, baby's en gezondheidspersoneel het doelwit waren van de aanslag en soortgelijke aanslagen zich in de toekomst zouden kunnen herhalen. Dit gewetenloos geweld tegen patiënten, gezondheidswerkers en humanitair werk kan niet worden weggezet als een geïsoleerd incident. Ook de Hazara-bevolking die in het gebied woont is het slachtoffer geworden van een reeks aanvallen, net als verschillende hulporganisaties.
"We waren ons ervan bewust dat onze aanwezigheid in Dasht-e-Barchi risico's met zich meebracht, maar we konden niet geloven dat iemand misbruik zou maken van de absolute kwetsbaarheid van vrouwen die op het punt staan te bevallen om hen en hun baby's uit te roeien", zegt Thierry Allafort-Duverger, algemeen directeur van Artsen Zonder Grenzen. "Maar het is wel gebeurd. Vandaag moeten we de realiteit aanvaarden: hogere muren en dikkere veiligheidsdeuren zullen dergelijke gruwelijke aanvallen niet verhinderen. Blijven, zou betekenen dat een dergelijk verlies aan mensenlevens als parameter van onze activiteit mee in de weegschaal zou liggen. Dat is voor ons ondenkbaar.”
De beslissing is gecommuniceerd naar alle medewerkers, de nationale gezondheidsautoriteiten en andere partners van Artsen Zonder Grenzen, dat naar manieren zoekt om de families van de slachtoffers en lokale gezondheidszorg te ondersteunen.
De stopzetting van de activiteiten van Artsen Zonder Grenzen op de kraamafdeling van Dasht-e-Barchi is een noodzakelijke maar pijnlijke beslissing, met alle gevolgen van dien voor meer dan een miljoen mensen die in het gebied wonen. De meesten van hen komen uit de Hazara-gemeenschap, een historisch gemarginaliseerde en arme bevolkingsgroep, waarvan velen door tientallen jaren van conflict zijn ontheemd. Met bijna 16.000 bevallingen in 2019 was de kraamafdeling van Dasht-e-Barchi een van de grootste projecten van Artsen Zonder Grenzen wereldwijd. Door Artsen Zonder Grenzen te dwingen haar activiteit in het ziekenhuis te beëindigen, hebben de aanvallers ook vrouwen en baby's zonder toegang tot essentiële medische zorg achtergelaten in een land waar de moeder- en neonatale sterfte nog steeds hoog is.
Artsen Zonder Grenzen verloor in de afgelopen 16 jaar meer dan 70 patiënten en medewerkers in Afghanistan in tragische gebeurtenissen, zoals de moord op 5 medewerkers in Baghis in 2014 of het bombardement op het ziekenhuis in Kunduz, waarbij 42 mensen omkwamen.
